Is Elden Ring echt zo goed?
Review, informatie & opties: Elden Ring
Tenzij je hermetisch bent voor videospelletjes – en dat is geen misdaad – heb je natuurlijk wel gehoord van het verschijnsel Elden Ring. Naar de nieuwste uitgave van FromSoftware werd reikhalzend uitgekeken, niet alleen door alle fans van Hidetaka Miyazaki – Demon’s Souls, Dark Souls, Bloodborne, Sekiro, dat is hem – maar ook door degenen die op zoek zijn naar legitimiteit binnen hun gemeenschap.
Sommigen van hen zijn zelfs echte verkopers geworden, die de lof van het spel bezingen en hun heldendaden op sociale netwerken vertellen. Alvorens de Elden Ring serieus aan te pakken, hebben wij besloten te wachten tot de euforie gezakt was, zodat wij ons een beter beeld konden vormen van zijn kwaliteiten – en dat zijn er heel wat – en vooral van zijn zwakheden. Want deze bestaan.
Inspirerend
The Legend of Zelda: Breath of the Wild inspireerde duidelijk de open wereld van Elden Ring. Zo wordt telkens als je een kaartfragment in handen krijgt, slechts een deel van de kaart onthuld. Voor de rest is het aan de speler om de plaats te verkennen en catacomben hier, ruïnes daar, of de ingang van een grot kwaadaardig verborgen achter gebladerte te ontdekken. Afgezien van een paar lichtgevende sporen die de hoofdplot markeren, en aandachtspunten die verschijnen zodra ze ontdekt worden, is het universum van het spel verstoken van enige aanwijzing. Alsof je aantekeningen in een notitieboekje krabbelt, moet je zelf markeringen plaatsen om de plaats te onthouden van een eindbaas, een schat, of een NPC die een zij-opdracht activeert zoals in de vele spelletjes op Casino777. Je vindt daar de leukste casinospellen die online te spelen zijn.
Door zorgvuldig het reliëf van de kaart af te tasten, is het zelfs mogelijk de zones te raden waar waarschijnlijk iets beschut is. Soms heb je het bij het rechte eind, soms niet, en dat is precies wat Elden Ring zo opwindend maakt om te verkennen. Voor de ontwikkelaars is elk nieuw gebied een gelegenheid om de gameplay te vernieuwen en de nieuwsgierigheid van de speler te prikkelen door middel van een level-ontwerp dat je voortdurend aanmoedigt om te gaan kijken wat een eindje verderop verborgen ligt. Het resultaat is dat het spel werkt als een harddrug die moeilijk te weerstaan is. Hoe hard je ook probeert je sessies te beperken om je sociale en gezinsleven niet te verpesten, je loopt uiteindelijk toch altijd over omdat je nog niet klaar bent met het verkennen van dit of dat gebied. Er zijn maar weinig open werelden die je dit gevoel geven, en Elden Ring is er ontegenzeggelijk een van.
Diepgaand spel
Zoals je ziet is het spel dat FromSoftware’s beste ideeën sinds de komst van Demon’s Souls in 2009 concentreert, ongelooflijk rijk. Daarna zullen we niet liegen: soms neemt de studio de makkelijke uitweg door een bepaald aantal optionele eindbazen te recyclen. Hetzelfde geldt voor de catacomben, waarvan de belangstelling snel verflauwt als je er drie of vier van voltooid hebt. Als je weet dat meestal de voornaamste kwaliteit van het huis zijn creativiteit is, is dat een beetje vervelend. Maar het was waarschijnlijk de prijs die betaald moest worden om het spel toegankelijker te maken dan zijn voorgangers en toch het hoge eisenniveau te behouden dat Miyazaki dierbaar is.
In tegenstelling tot zijn andere werken, waarin je onophoudelijk moet boeren om hogerop te komen, heeft Elden Ring namelijk het venijn om deze beperking te verbergen achter een veelheid van pijnloze nevendoelen. Meer concreet: als je op een schijnbaar onoverkomelijke eindbaas stuit, staat niets je in de weg om een paar Runes – het equivalent van Souls in Demon’s Souls – op te rapen door de Netherworld te verkennen en daarna je geluk opnieuw te beproeven. Dit beter verteerbare recept breekt echter niet helemaal met FromSoftware’s eeuwenoude regels.