ik rij of ik rijd
Is het ik rij of ik rijd?
Het is “ik rijd” en niet “ik rij”. In de tegenwoordige tijd vervoegen we het werkwoord “rijden” als “ik rijd”. De stam van het werkwoord “rijden” is “rijd”, en bij de eerste persoon enkelvoud (ik) blijft deze stam behouden. Hoewel “ik rij” in de spreektaal soms voorkomt, is het grammaticaal correct om “ik rijd” te gebruiken.
Is rijd met d of dt?
“Rijd” wordt in de eerste en derde persoon enkelvoud vervoegd met een “d” in de tegenwoordige tijd. Het is “ik rijd” en “hij/zij rijdt”. De “dt”-vorm wordt gebruikt bij werkwoorden die in de stam eindigen op een “d” en in de derde persoon enkelvoud staan, zoals bij “hij/zij vindt”. Bij “rijden” is het echter “rijdt” met een “t” omdat de stam “rijd” is.
Is het ree of ik reed?
Het is “ik reed” en niet “ik ree”. “Reed” is de verleden tijd van het werkwoord “rijden”. De vervoeging in de verleden tijd is “ik reed” en “wij reden”. “Ree” wordt niet gebruikt als vervoeging van “rijden”.
Is het ik hou of houd?
Beide vormen, “ik hou” en “ik houd”, zijn correct. “Hou” is een informele, verkorte vorm van “houd”, en beide kunnen worden gebruikt afhankelijk van de context. In formeel schriftgebruik is “ik houd” iets gebruikelijker, terwijl “ik hou” vaak in informele gesprekken voorkomt.
Is het word of wordt?
“Word” en “wordt” zijn beide correct, afhankelijk van de context. “Word” wordt gebruikt in de eerste persoon enkelvoud (ik) en de tweede persoon enkelvoud (jij/je) zonder inversie, zoals in “ik word” en “jij word”. “Wordt” wordt gebruikt in de derde persoon enkelvoud (hij/zij/het) en in de tweede persoon enkelvoud bij inversie, zoals in “wordt hij” en “wordt jij”.
Is het hou in de gaten of houd in de gaten?
Beide vormen, “hou in de gaten” en “houd in de gaten”, zijn correct. Net als bij “ik hou” en “ik houd” geldt hier dat “hou” de informele, verkorte vorm is, terwijl “houd” iets formeler is. Afhankelijk van de context en de gewenste toon kun je beide gebruiken, maar in formele situaties is “houd in de gaten” gebruikelijker.